woensdag 28 maart 2012

Opbrengsten lessen digitale didactiek


Aan het einde van de lessen digitale didactiek wordt ons gevraagd terug te kijken op de theorie van de lessen.

Koehler & Mishra (2008) laten met hun TPACK model de samenhang zien tussen de pedagogiek (Pedagogical), inhoud (Content) en technologie (Technological).

TPACK model
De samenhang ziet er geheel logisch uit, echter wordt dit niet altijd op deze manier gebruikt.

Veelal bevinden zich de bestaande lessen zich in het gebied van PCK (Pedagogical Content Knowledge), waarbij de docent veel ervaring heeft in het lesgeven en intussen weet op welke wijze hij de lesstof het beste kan overdragen aan de studenten voor het beste resultaat.

Door de komst van allerlei technologische middelen, zoals PowerPoint, websites, ELO omgevingen, moet het geheel opnieuw worden beoordeeld.


Voor mij zelf is dit nu ook duidelijker geworden dat de juiste afstemming tussen de P, C en T van groot belang is.

Fransen & Swager (2007) spreken van het maken van de juiste ‘blend’. Zij omschrijven Blended Learning als “Een mix van eLearning en andere vormen van leren, waarbij het gaat om distributie van leerinhouden, vormen van communicatie en didactische methoden in relatie tot de soort leerprocessen, of combinaties hiervan.


Ook zij geven aan dat de technologie niet als middel alleen kan worden gezien.
Mijn leerdoel bij aanvang van deze module was de integratie van het boek met bijbehorende website binnen de module Productietechniek. Vooral het artikel van Fransen & Swager (2007) hebben mij duidelijk gemaakt dat dit niet een doel op zich kan zijn.


Uiteindelijk pogen we het vak aantrekkelijker te maken en daarmee de studenten meer te interesseren voor de productietechniek en proberen dit tot stand te brengen door gebruik te maken van nieuwe technologieën die dichter bij de studenten staan, zoals het gebruik van bijv. Twitter en Whatsapp.


Nu blijkt dat de keuze goed is te verdedigen, maar de dit is een proces dat achteraf heeft plaats gevonden, terwijl dit een proces zou moeten zijn dat uiteindelijk tot de beste keuze zou moeten lijden.


De afgelopen lessen zijn een groot aantal ICT middelen voorbij gekomen, ook middelen waarvan het bestaan voor mij onbekend was. In sommige opzichten is dit mooi, maar uit de lessen en de literatuur is wel voor mij naar voren gekomen dat het ICT middel niet een doel op zich moet zijn, maar uiteindelijk een didactische keuze moet zijn. Het grote aanbod van ICT middelen maakt de keuze er niet gemakkelijker op!


zondag 18 maart 2012

Welke aspecten zijn van belang voor de keuze van het ICT in het onderwijs


De keuze uit de hoeveelheid ICT middelen is enorm, echter niet ieder ICT middel is geschikt voor ieder type onderwijs en ieder leerdoel.
In eerste instantie gaan wij uit van het Engelstalige boek van Kalpakjian en de bijbehorende website. Hierbij gaan wij als docenten uit van hetgeen wordt aangeboden door de uitgever of schrijver van het boek, terwijl in eerste instantie de student het uitgangspunt moet zijn.
In het artikel Blended Learning in de praktijk: een kwestie van kiezen van Jos Fransen en Pieter Swager (2007) wordt gesproken over Blended Learning en de verschillende invalshoeken bij het toepassen van Blended Learning. Hierbij moet gedacht worden aan het uitgangspunt van de docent, de inzet van de student en het aanbod van de makers en verzorgers van leermiddelen en leeromgevingen.
Om te begrijpen wat onder Blended Learning wordt verstaan wordt verwezen naar Fransen (2006) waarin hij Blended Learning omschrijft als "Een mix van eLearning en andere vormen van leren, waarbij het gaat om distributie van leerinhouden, vormen van communicatie en didactische methoden in relatie tot soorten leerprocessen, of combinaties hiervan.
Het grote aanbod van ICT leermiddelen en de grote verscheidenheid aan leersituaties, maakt dat het van groot belang is de juiste keuze te maken. De keuze van een ICT leermiddel, alleen omdat deze toevallig voorhanden is, hoeft zeker niet de juiste te zijn. De keuze moet altijd vanuit de didactiek worden gemaakt en zeker niet van de techniek.
Keuzes die hierbij van belang zijn: keuzes van tijd, keuzes over de inhoud, keuzes betreffende de toegangseisen, keuzes van instructie en bronnen, keuzes van aanbod en keuzes op de wijze van evaluatie.

Voor het maken van keuzes zijn een aantal aspecten van belang:

  Doel-strategie-evaluatie
Afstemming tussen “wat is het doel”, “hoe komen we daar” en “hoe weten we of dit doel bereikt is?” is van groot belang. Deze afstemming wordt Constructive Alignment [Briggs] genoemd. Indien deze niet goed zijn afgestemd ontstaat er geen effectief leerproces.

(Bron : Fransen en Swager (2007))
·         Soort leerproces
Hierbij moet gekeken worden naar de keuze t.a.v. het soort leerproces. Hierbij moet gekeken worden of de studenten de stof d.m.v. een elektronische leeromgeving, bijv. Blackboard, krijgen aangeboden (distributing), of d.m.v. het onderling geven van feedback (interaction) of door het raadplegen van digitale bronnen en het online samenwerken (collaborating).
(Bron : Fransen en Swager (2007)) 
          Aspecten leerproces en kenmerken leerpraktijk
     Hierbij moet aandacht zijn voor leerinhoud (centraal/decentraal), communicatie (synchroon/asynchroon), leerproces (individueel/groep) en leerstrategie (statisch/interactief)

       Learning en/of Teaching
Onder “Learning” wordt veelal de activiteiten van de studenten verstaan, onder “Teaching” wordt veelal de activiteiten van de docent verstaan.

       Karakteristiek van de lerende
De karakteristiek kan worden opgesplitst naar “will” (motivatie) en “skill” (mate van zelfsturing). Jonge studenten hebben aan het begin van de studie veel zelfsturing nodig. Werken op afstand vereist een strakke aansturing door de docent.

      Distributie van de leerinhoud
Hierbij gaat het om de combinatie van sturing van het proces (door student of instituut) en verspreiding van de leerinhoud (door student of instituut).

       Keuze van de media
De keuze van de media is van groot belang. Deze keuze is vooral afhankelijk van het doel. Hierbij gaat het ook weer om de aard van de inhoud en complexiteit van de leerinhoud.

      Soorten communicatie
Het gaat hierbij om synchrone of asynchrone communicatie en of deze communicatie voor een groep of individueel geschikt moet zijn.

      Competentie van de docent
     Door de veranderingen in het onderwijs, verandert vanzelfsprekend ook de rol van de docent. De docent van tegenwoordig begeleidt leerprocessen, stuurt studentengroepen aan, geeft instructie etc. 
     Afhankelijk van de situatie moet hij keuzes maken uit het scala aan didactische mogelijkheden. Fransen en Swager (2007) spreken over vier ‘brede’ beroepscompetenties en een voorwaardelijke competentie gericht op reflectie en zelfsturing. zie onderstaande figuur.
(Bron : Fransen en Swager (2007)) 

Fransen en Swager (2007) halen in hun artikel een voorbeeld aan van een docent die op een hogeschool is aangenomen vanwege zijn praktijkervaring. Door de evolutie van het curriculum tot competentiegericht onderwijs voelde de docent zich 'zeer bewust zeer onbekwaam'. Gerichte scholing bood voor hem een oplossing.


Wat betekend dit voor mijn leerdoel?
In eerste instantie heb ik als leerdoel gesteld dat ik de website behorende bij het boek wil integreren in de lessen en het lesmateriaal.
Uit Fransen en Swager (2007) is duidelijk geworden welke keuzes van belang zijn voor de keuze van ICT in het onderwijs. Voor mij is voor Doel-Strategie-Evaluatie en Soort Leerproces van belang om in het achterhoofd te houden bij implementatie van ICT.


Daarnaast is ook duidelijk geworden dat niet de keuze van het ICT middel, maar vanuit de didactiek moet worden genomen. Ik ben in eerste instantie uitgegaan van de techniek, waarbij ik deze toegepast wil hebben in de module, terwijl dit 'slechts' een hulpmiddel is om te komen tot de didactiek.


In ons eerste ontwerp is wel duidelijk aandacht besteed aan de 'Aligment' van doel, strategie en evaluatie, echter bij toepassing van ICT middelen, moet deze alignment opnieuw worden beoordeeld en gekeken worden of er nog steeds een goede afstemming bestaat tussen deze drie aspecten.

Bronnen
Fransen, J. [2006] Een nieuwe werkdefinitie van blended learning. Open Universiteit Nederland: Tijdschrift Onderwijs Innovatie, jaargang 8, nummer 2, pagina 26 t/m 29.



Fransen, J. & Swager, P. (2007) Blended Learning in de praktijk: een kwestie van kiezen. [online]. Available: http://www.inholland.nl/NR/rdonlyres/306D3870-037B-4002-8005-A7E8818B824C/0/WerkdocumentBlendedLearningKwestieVanKiezen.pdf



woensdag 7 maart 2012

Het boek

Het boek dat we willen gaan gebruiken, is het boek Manufacturing, Engineering and Technology van Serope Kalpakjian.


Het boek is Engelstalig en wordt ondersteund d.m.v. een website. Ieder boek bevat een toegangscode, waarmee de studenten de mogelijkheid hebben op de website te oefenen met de stof. 


In het boek worden naast een groot aantal productie technieken ook aanwijzingen voor Engineers ten behoeve van het ontwerp behandeld. 
Daarnaast bevat de website een groot aantal video's ter ondersteuning van de lesstof


Onderstaande link is een voorbeeld van een instructie video: Draaien van een werkstuk





dinsdag 6 maart 2012

Mijn leerdoelen

Uit de TPACK zelftest is bijgaande spinneweb diagram te voorschijn gekomen.

Uit dit diagram zijn twee aandachts-gebieden naar voren gekomen, t.w.:
- PK (Pedagogical Knowldge)
- TCK (Technological Contect Knowledge)





Voor mij is daar voor de pedagogische kennis (PK) en de mogelijkheid deze kennis te gebruiken voor het maken van de keuzes van ICT middelen ten behoeve van de lessen Productietechniek (TCK).

Op dit moment wordt gebruik gemaakt van versnipperde informatiebronnen, zoals delen uit 'oude' dictaten en boeken, ter ondersteuning van de lessen. Inhoudelijk is de informatie voldoende, maar is niet meer van deze tijd.
De doelstelling is deze informatiebronnen te vervangen door een nieuw (Engelstalig) boek, waarbij de bijbehorende website geintegreerd moet worden in de lessen.